2A moderne talen en wetenschappen
1e graad / A-stroom
Download brochure
In het deel moderne talen word je vaardiger in verschillende talen. Je oefent jouw mondelinge en schriftelijke vaardigheden in het Nederlands, Frans en Engels. Je gaat op zoek naar overeenkomsten en verschillen tussen talen. Je leert je creatief uit te drukken en geniet van taal in al zijn vormen.
In het deel wetenschappen proef je van chemie, biologie en fysica. Je experimenteert, onderzoekt en leert hoe je de resultaten op een correcte manier, met het gebruik van ICT, kunt tonen.
Lessentabel
Aantal uur | |
---|---|
BASISVORMING | |
godsdienst | 2 |
aardrijkskunde | 1 |
beeld | 1 |
Engels | 2 |
Frans | 4 |
geschiedenis | 2 |
lichamelijke opvoeding | 2 |
muziek | 1 |
natuurwetenschappen | 1 |
Nederlands | 4 |
techniek | 2 |
wiskunde | 5 |
BASISOPTIE | |
Moderne talen | 3 |
Moderne wetenschappen | 2 |
Wat erna
Na het tweede leerjaar A kan je kiezen voor elke studierichting. Hou echter rekening met de volgende mogelijkheden:
- Je kiest voor een domein.
Wat interesseert jou? In het tweede jaar volgde je een basisoptie, zoals bij voorbeeld STEM of Economie en Organisatie. Wil je dezelfde richting uit? Of wil je net iets anders? - Je kiest voor een finaliteit.
Wat wil je na het zesde middelbaar doen?- Finaliteit doorstroom = verder studeren.
- Dubbele finaliteit = verder studeren of gaan werken.
- Finaliteit arbeidsmarkt = gaan werken.
Natuurlijk moet je ook rekening houden met het attest dat je behaalt op het einde van het tweede jaar.
- A-attest: je bent geslaagd en je mag elke richting of finaliteit kiezen.
- B-attest: je bent geslaagd maar bepaalde finaliteiten of studierichtingen worden uitgesloten.
- C-attest: je bent niet geslaagd en moet overzitten.